Diagnostische criteria spanningshoofdpijn

Diagnostische criteria frequente episodische spanningshoofdpijn

1. Ten minste tien hoofdpijnepisodes die één tot veertien dagen per maand voorkomen

2. De episodes duren dertig minuten tot zeven dagen

3. De hoofdpijn voldoet aan twee van de volgende kenmerken:

  • Tweezijdig
  • Persende of aanspannende aard (niet pulserend)
  • Licht tot matig intens
  • Verergert niet door gewone lichamelijke activiteit

4. Er is geen sprake van misselijkheid of braken

5. Er is niet meer dan één van fotofobie of fonofobie

6. Er is geen onderliggende oorzaak

Wanneer frequente episodische spanningshoofdpijn samen voorkomt met migraine zonder aura, moeten beide diagnoses gesteld worden. In dit geval kan een hoofdpijndagboek helpen om de twee primaire hoofdpijnvormen te onderscheiden.

Diagnostische criteria chronische spanningshoofdpijn

1. De hoofdpijn treedt meer dan vijftien dagen per maand op gedurende een periode langer dan drie maanden

2. De hoofdpijn duurt uren tot dagen of is onophoudelijk

3. De hoofdpijn voldoet aan twee van de volgende kenmerken:

  • Tweezijdig
  • Persende of aanspannende aard (niet pulserend)
  • Licht tot matig intens
  • Verergert niet door gewone lichamelijke activiteit

4. Er is niet meer dan één van fotofobie, fonofobie of lichte misselijkheid

5. Er is geen matige of ernstige misselijkheid of braken

6. Er is geen onderliggende oorzaak

Bij chronische spanningshoofdpijn telt de patiënt meer dan vijftien hoofdpijndagen per maand, vaak dagelijks en aanhoudend. Patiënten kunnen lichte misselijkheid ervaren, maar braken is niet aan de orde.